Ongeveer 10 -15% gewichtsverlies na een resectie is normaal in de eerste weken tot maanden na de operatie. Meer gewichtsverlies kan diverse oorzaken hebben, zoals diarree, slechte vertering en malabsorptie (een verstoring van de vertering, absorptie en het vervoer door het bloed en de lymfe van voedingsstoffen).

Gewicht na de operatie

Een jaar na de operatie ervaart de helft van de mensen weer een hongergevoel. In onze brochures of op de website kan je meer terugvinden over onder andere hongerverlies en vertering.

Na een resectie worden in het ziekenhuis standaard metingen gedaan van gewichtsverloop, lichaamssamenstelling (verdeling van vet en spier in het lichaam) en spierkracht. De lichaamssamenstelling is een belangrijkere maat dan alleen gewicht en BMI. Het streven is dat het gewicht en de spieren stabiel blijven na de operatie en dat mensen zo min mogelijk aan kracht inleveren, zodat het herstel zo goed mogelijk verloopt.

Daling van het lichaamsgewicht speelt een grote rol bij ondervoeding. Ondervoeding is een tekort voor het lichaam aan eiwitten, energie of eventuele andere voedingsstoffen, zoals vitamines en mineralen. Dit kan na de operatie ontstaan door een te weinig voedselinname of door een verhoogde behoefte van het lichaam. Ondervoeding wordt in verband gebracht met een verlengd verblijfsduur in het ziekenhuis en een hoger complicatierisico, verminderde wondgenezing en een verhoogd aantal infecties en je voelt je minder goed.

Bij de behandeling van ondervoeding wordt de nadruk gelegd op voldoende inname van eiwit en energie. Daarnaast is beweging een essentieel onderdeel van de behandeling om de spiermassa te behouden. Afhankelijk van de ernst van de ondervoeding kan met een arts en/of diëtist een keuze gemaakt worden voor energie- en eiwit verrijkte voeding, eventueel aangevuld met vitamine- en mineralensupplementen, extra drinkvoeding of volledige drink- of sondevoeding.

Algemene adviezen

Het is belangrijk om contact met je diëtist op te nemen bij verlies aan gewicht of conditie, veranderingen in de ontlasting, braken of misselijkheid, passageklachten, buikklachten, klachten die in relatie staan met het eten, maar ook sociale en/of psychische aspecten rondom het eten.

Veel algemene tips om je voeding energierijker te maken zijn na de operatie (tijdelijk) niet haalbaar door klachten van dumping en/of vertering. Tips om je voeding energierijker te maken die voor sommigen na de operatie wel haalbaar zijn:

  • Smeer boter of margarine op brood en broodvervangingen.
  • Beleg je boterham met volvette kaas of niet te magere vleeswaren.
  • Kies voor volle melk en melkproducten en evt. lactose vrije producten.
  • Voeg geen water toe bij de bereiding van jus of saus.
  • Gebruik tussendoor een kleine hartige of zoete snack zoals een kroket, zalmsalade, haring, gebakje, plak cake en plak ontbijtkoek met boter of margarine.

Probeer uit wat voor jou mogelijk is en varieer eventueel met de portiegrootte of probeer het later nog eens.

Bron: Brochures SPKS, Voedingscentrum en Nederlandse Diabetes Federatie.

Back To Top