Steeds meer mensen krijgen te maken met de gevolgen van vergevorderde kanker en palliatieve zorg. Dit heeft grote impact op de kwaliteit van leven van patiënten en dat van hun naasten. Daarbij blijkt dat het emotioneel functioneren van naasten vaak harder geraakt wordt dan dat van de patiënten zelf. Naasten ervaren echter te weinig aandacht voor hun welbevinden vanuit zorgverleners. Dat leidt ertoe dat naasten minder tevreden zijn over de zorg voor de patiënt én voor zichzelf. Door hen beter te betrekken in de zorg voor de patiënt en handreikingen te bieden voor bijvoorbeeld ontspanning, kan het welbevinden van zowel patiënt als naaste verbeteren.

Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Janneke van Roij (Medische en Klinische Psychologie, Tilburg University) naar de kwaliteit van zorg en leven bij mensen met uitgezaaide kanker en hun naasten. Uit het onderzoek blijkt dat er een sterke wisselwerking is tussen het emotioneel functioneren van de patiënt en dat van de naaste. Om de kwaliteit van leven voor beiden te verbeteren is het van belang om continu en op consistente wijze aandacht te hebben voor hoe patiënten en hun naasten hun welbevinden kunnen verbeteren. Bijvoorbeeld door als zorgverleners zorg goed met elkaar af te stemmen en over te dragen en structureel aandacht te hebben voor de naasten. Ook helpt het als zorgverleners naasten wijzen op het belang van tijd voor zichzelf nemen.

Lees meer over dit onderzoek op de website van IKNL.

 

Back To Top